Arbeidsdiscriminatie is jaarlijks het terrein waarop het MDRA de meeste meldingen ontvangt. In 2021 voerde het Meldpunt Discriminatie Regio Amsterdam (MDRA) onderzoek uit naar de manier waarop Amsterdamse organisaties interne klachten van discriminatie afhandelen. Het MDRA onderzocht alle meldingsdossiers uit 2018, 2019 en 2020 waarbij de melder het incident intern aankaartte binnen hun bedrijf (bij bijvoorbeeld een leidinggevende, vertrouwenspersoon, directeur, manager of de HR-afdeling). In totaal werden 125 dossiers geanalyseerd.
70% Amsterdamse organisaties reageert niet adequaat op discriminatieklachten
De meerderheid van de onderzochte organisaties (70%) handelde discriminatieklachten niet adequaat af. Organisaties namen een bagatelliserende houding aan, deden een discriminerende opmerking af als ‘een grap’ of ontkenden het discriminatie-aspect. Bij 20% van de organisaties die niet adequaat reageerden werd de klacht uiteindelijk alsnog serieus opgepakt. Deze omslag volgde bijvoorbeeld na bemiddeling door het MDRA of doordat een andere medewerker in de organisatie bij de klacht betrokken raakte die de klacht wel adequaat oppakte (denk bijvoorbeeld aan een vertrouwenspersoon).
Jerrol Marten, directeur bij MDRA:
“Ons onderzoek is een duidelijk signaal dat werknemers discriminatie op hun werk vaak niet veilig kunnen melden en dat discriminatieklachten vaak niet goed worden afgehandeld. Het laat ook zien dat met de juiste ondersteuning organisaties zich wel kunnen ontwikkelen. Om arbeidsmarktdiscriminatie tegen te gaan is het belangrijk dat organisaties ondersteund worden en verantwoording moeten afleggen over hun aanpak tegen discriminatie.”
Aanvullende interventies zijn nodig
Een bekend initiatief om arbeidsdiscriminatie tegen te gaan is de Charter Diversiteit[1]. Organisaties zich hierbij aansluiten om met een netwerk van gelijkgestemden om inclusieve en diverse organisaties te creëren. De Charter Diversiteit is hierdoor een waardevol instrument. Echter, verantwoording afleggen over gevoerd antidiscriminatiebeleid is geen onderdeel van de Charter. Twaalf van de onderzochte organisaties waren aangesloten bij de Charter Diversiteit en slechts een van deze twaalf organisaties reageerde adequaat op de onderzochte discriminatieklacht. Twee organisaties reageerden in eerste instantie niet adequaat, maar handelden de klacht uiteindelijk wel goed af. Hoewel de Charter een waardevol instrument is, zijn aanvullende interventies belangrijk om arbeidsmarktdiscriminatie effectief te bestrijden.
Leo Euser, senior beleidsmedewerker SER Diversiteit in Bedrijf:
“Het onderzoek van MDRA laat zien dat het zaak is alert te blijven en er nog veel werk aan de winkel is. SER Diversiteit in Bedrijf neemt de aanbevelingen ter harte en zal die onder de aandacht brengen van de Charterondertekenaars met het advies de aanpak van discriminatie en ongewenst gedrag op de werkvloer hoog op de agenda te zetten en te houden.”
Lancering Fyjas Discriminatie en Racisme Keurmerk
Marjorie Esajas, oprichter van het Fyjas Discriminatie er Racisme Keurmerk, pleit voor een vernieuwde en gestructureerde aanpak van discriminatie ook in Nederland door het inzetten van een keurmerk:
“Werknemers moeten er blindelings op kunnen vertrouwen dat hun werkplek een veilige omgeving is waarbij discriminatie actief wordt aangepakt. Vaak is binnen bedrijven niemand die toezicht houdt of discriminatiebeleid en/of een Diversiteit Charter wordt nageleefd. Het Fyjas keurmerk licht middels een audit alle processen van een organisatie door om discriminatienormen structureel te embedden en te monitoren. Na de audit en het doorvoeren van hulpmiddelen kunnen organisaties het Fyjas Discriminatie en Racisme Keurmerk toegekend krijgen, een zichtbare erkenning dat een organisatie een rechtvaardig discriminatiebeleid naleeft waar actief verantwoording over wordt afgelegd.”
Op 28 juni 2022 zal het keurmerk in Amsterdam officieel worden gepresenteerd aan stakeholders.
Download de rapportage hier.
[1] https://www.ser.nl/nl/thema/diversiteitinbedrijf/charter-diversiteit